Heb jij een moestuin, maar blijft het onderhouden een lastige klus óf groeien jouw groenten niet zo hard? Don’t worry! Een moestuin onderhouden doe je al in een aantal eenvoudige stappen, zélfs als je geen groene vingers hebt.
Benodigheden:
- Spade om de aarde mee te spitten
- Hak of schoffel voor het verwijderen van onkruid
- Gieter of tuinslang voor het bewateren van de moestuin
- Plantenschepje om zaden te planten
- Soepele tuinhandschoenen
Stap 1: Onkruid verwijderen
Probeer onkruid zoveel mogelijk direct uit je moestuin te verwijderen. Hoe minder je onkruid de kans geeft hoe minder kwaad het doet. Onkruid verspreid zich namelijk ontzettend snel én het haalt de voedingsstoffen die in de grond zitten en bedoeld zijn voor de moestuinplanten eruit. Kortom, weg ermee!
Stap 2: Bemesten
Heb je al het onkruid verwijderd? Tijd om de grond te bemesten! Bonen en erwten doen het goed op een beetje compost. Maar er zijn ook verschillende groenten die meer voeding nodig hebben. Deze vruchtgroenten worden ook wel veelvraten genoemd en hebben extra (koe) mest of een handje kali of kalk nodig om goed te kunnen groeien. Het gaat om de volgende groenten: tomaat, courgette, pompoen, komkommer, peper, paprika en kolen zoals boerenkool, bloemkool en spruiten.
Stap 3: Harken
Nadat je de grond met de juiste voeding hebt bemest mag de moestuin geharkt worden. Gebruik hiervoor een tuinhark of combihark. Bij het aanharken bepaal je de indeling en maak je zogenoemde bedden. Vaak leg je meerdere bedden aan zodat in ieder bed één soort groente gezaaid kan worden. De bedden zorgen voor overzicht.
Stap 4: Zaaien
- In rijen zaaien
Hierbij maak je kleine geultjes waar de zaadjes in mogen, na het zaaien mogen deze geultjes weer dichtgemaakt worden. Maak de geultjes met een cultivator of de steel van een stuk gereedschap.
- Breedwerpig zaaien
Strooi het zaad uit over de grond en hark het vervolgens aan. Zorg dat het zaad gelijkmatig over het oppervlak verdeeld wordt. Breedwerpig zaaien is het meest geschikt voor snelgroeiers.
Stap 5: Water, water en nog eens water
Je moestuin heeft water nodig, zeker als je plantjes net hebt uitgeplant. Je kunt de plantjes het beste ’s avonds om de twee dagen water geven. Zo kan het water ’s nachts mooi de grond in zakken en voorkom je eventuele verdamping door de zon. Door je moestuin om de twee dagen water te geven zakt het water dieper de grond in en bereikt het de wortels, hier krijg je sterkere planten van. Wanneer je iedere dag een beetje water geeft, zakt het niet goed en krijg je oppervlakkige wortels. Deze zijn een stuk gevoeliger voor ziektes.
Stap 6: Ongedierte voorkomen
Omdat je moestuin buitenshuis is en je er gewoonweg niet altijd zicht op hebt, kun je ongedierte niet altijd voorkomen. Maar je kunt de moestuin wel beschermen tegen bijvoorbeeld vogels- en insecten met behulp van insectengaas. Ook zijn er kruiden die ongedierte op afstand houden, zoals: basilicum tegen de witte vlieg, munt- en peterselie tegen mieren en een mengsel van knoflook, chilipeper en rabarberblad tegen de bladluis.
Stap 7: Oogsten
En dan is het moment daar: de groenten en/of het fruit mogen geoogst worden. Maar hoe zit dat dan precies? Ook dat is niet zo ingewikkeld: pluk kruiden als je ze nodig hebt, fruit als het rijp is en de groenten zodra het blad stevig en vers is. Let wel op dat je de groenten niet te groot laat groeien, dit verpest de smaak.
Heb jij nog géén moestuin maar wil je wel graag eentje aanleggen? Lees hier dan meer over de aanleg.
